Kaat Tilley groeide op in Kapelle-op-den-Bos en was als kind verzot op sprookjes. De ongenaakbaarheid, de kracht, de schoonheid en de breekbaarheid van de sprookjesfiguur Sneeuwwitje werd haar handelsmerk. Tilley zou hier regelmatig naar verwijzen in haar latere beeldend werk.
Tilley studeerde aan Sint Lucas in Brussel en leerde daar de techniek van het schilderen. Tilley was oud-studente van de Antwerpse mode-academie. Ze studeerde daar cum laude af met als thema voor haar eindcollectie Mahler and Venice.
Tilley was gekend voor haar romantische tot sprookjesachtige kleding. In 1990 ontwierp zij een juwelencollectie. In 1993 tekende zij de kostuums voor de film Antoine. Haar creaties houden het midden tussen mode en kunst. Ze kleedde onder anderen Diana Ross, Barbra Streisand, Naomi Campbell, Melanie Griffith en Halle Berry.
Intussen werd ze een gevestigde waarde, getuige haar retrospectieve tentoonstelling in het kasteel van Gaasbeek in de herfst van 2005.
In 2007 hield Tilley op haar woon- en werkterrein in Asbeek (Asse) een tentoonstelling en verkoop van een groot deel van haar prototypes en schilderijen. Ze beweerde immers dat ze eerst een schilderes was en op de tweede plaats een modeontwerpster. Kunst en schoonheid waren onlosmakelijk verbonden gedurende haar gehele carrière.
|
“Schoonheid is voor mij een uiting van onze poging lelijkheid en tristesse te overwinnen en een glimlach te creëren. We worden elke dag geconfronteerd met oorlog. Ik vind het belangrijk een verhaal te brengen dat daar een tegenovergesteld gevoel aan geeft en erop te wijzen dat schoonheid bestaat” — Kaat Tilley |
|
Ze had een galerij in de Koningsgalerij van de Brusselse Koninklijke Sint-Hubertusgalerijen. Ze ontwierp kostuums voor Zap Mama en Madredeus. Op commercieel vlak kampte ze met enkele tegenslagen. Na een faillissement in 2009 stond ze er twee jaar later terug met een collectie meubels, stoffen, verlichting, sieraden en picturaal werk. Ze ontwierp de kleding voor de opera La Traviata. De laatste tien jaar van haar leven woonde en werkte ze in een verbouwde watermolen in Asbeek.